Waar was ik gebleven? Ah ja ons idyllisch plaatske op de Saar.
We blijven een dag in Saarbourg. Het moet daar de moeite zijn ... met een waterval in de stad ... het Venetië aan de Saar .... of voor ons het Brugge aan de Saar.
We doen een waske, steken er nog een ander in en fietsen richting Saarbourg.
Blijkt dat wij zeker niet de enige zijn die het de moeite vinden. Bussen, passagiersboten, auto's, .... veel toeristen waar wij er 2 van zijn. Wij zijn deel van de sfeer die we eigenlijk niet willen.
Ik zie een terraske in een achterstraatje met amper 2 tafeltjes. Daar gaan we eerst iets eten. Blijkt een grote vergissing. Eigenlijk is het een klein hotelleke dat wordt gerund door een zeer bejaard koppel (eigenlijk is dat een understatement). De man kan amper nog bewegen. Maar het duurt even voor je het goed door hebt. De reviews zijn heel respectvol over het bejaarde koppel en het eten Blijkt vers en best lekker te zijn. We bestellen 2 pinten, een flammenkuchen en een frikadel mit ei und bradkartoffel. Zonder zwans, de 2 pinten tappen daar heeft hij echt waar een half uur over gedaan. De flammenkuchen kwam uit de diepvries en alleen het ei was zum fressen.
We ruimen zelf af want ge wilt die man het niet an oen om nog eens op en af te lopen. Een "beleving" laat het ons zo zeggen.
Dan wandelen we naar de waterval achter de hoek. ZO MOOI!!!! met watermolens en al.

We verplaatsen ons naar het centrum en vinden ons een leeg plekje om nen apfelstrudel mit vanillesose te eten. Daar bega ik een moord voor. Ook weer een apparte gelegenheid. Een raar vrouwtje, doet de bediening, maakt alles en runt dan nog eens een winkeltje .... dus ge moet geduld hebben. Wij kwamen denk ik op de juiste moment. Er zijn er veel komen zitten en terug doorgegaan. Maar wat was den apfelstrudel heerlijk. De lunch was snel vergeten.
We fietsen terug naar de burcht, klauteren naar boven en worden beloond met een prachtig uitzicht. Dankuwel Saarbourg.
We drinken er nog ene, Stefan rijdt rap om wat proviand voor vanavond en dan fietsen we huiswaarts.
Was ophangen, direct droog. Akkefietje in de haven met 2 Fransmannen. 2 kleine spitsen of zoiets, de ene was gedubbeld naast de andere .... wat je doet als er geen plaats is. De andere was beginnen ambras maken en heeft de ene gewoon losgegooid en weggejaagd. Dat doe je toch niet op het water. Er kwam een staartje aan, een delegatie van de club kwam de Fransman er eens goe van langs geven en dreigde zelf met de politie te bellen. Theater aan het water en wij zaten op de 1ste rij.
De volgende dag varen we door naar Trier, eindelijk op de Moezel. De rivier is groot en breed, zoals alles in Duitsland, groot. De jachthaven is wel een eindje van de stad maar daar hebben we onze fietsen voor.
Trier is een heel mooie stad met prachtige oude gebouwen. De oudste stad in Duitsland trouwens. Dankzij Ina, beschikken we over een gedocumenteerde stadswandeling die we met de fiets doen.
De Porta Nigra, door de Romeinen gebouwd.
Het driekoningenhuis met de deur op de 2de verdieping. Met een ladder moest je naar binnen. Heel veilig voor boeven.
Het stadhuis en de markt.
De gigantische Dom en de veel gezelligere Liebfrauenkirche er vlak naast.
Het prachtige Keurvorstelijk paleis met schitterende tuinen en nog vanalles.
Weer maken we deel uit van te veel mensen. DRUK, niet te geloven. We weten niet goed wat ons overkomt. Wij komen wel van Frankrijk hé, waar we vaarden van het ene hol van pluto naar het andere. Waar we blij waren als we al eens nen bar tabac vonden om ne ricard te gaan drinken, en helemaal dolletjes werden als er nen bakker was ...
Duitsland is heel anders, qua varen en qua beleving. We moeten onzen draai nog vinden.
Vandaag varen we tot Schweich, weer een jachthaven. Zo is dat in Duitsland, je vaart van jachthaven tot jachthaven want je kunt nergens zomaar aanleggen. Nein, nein, so geht das nicht in Deutschland.
Dienstmededeling : effe de boot verleggen want er komt ne grotere. Kut en het begint net te regenen. Het zij zo.
Voila we liggen aan de overkant
Dus we varen tot Schweich. We moeten een uur wachten aan een sluis, mogen mee met ne grote, nen hele grote we kunnen er net nog achter in de sluis.
In Schweich, gaan we op verkenning. We vinden geen restaurantje dat ons kan bekoren .... schnitzel und worst und schweinefleish und kartoffelen. Maar we vinden wel een super ijscafé en doen daar ons hartje te goed aan een eiscoffie und iets scwartsbesseneis of zo en nog 2 capuchino Italiëner er bovenop. Wij content, soms hebben we niet veel nodig.
Nog effe naar de winkel en terug aan boord. Blog schrijven, boot verleggen straks sla'tje met kip maken en hopen dat het stopt met regenen.